donderdag 13 februari 2014

SKOPJE

Vorige week was ik in het prachtige door A. den Doolaard zo bewonderde en o zo archetypisch Eurovisiesongfestivallandje dat bekend is onder de nogal idiote naam 'voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië'. Griekenland heeft namelijk een provincie die Macedonië heet en daar moet dit republiekje niet mee verward worden, vandaar. Dit soort voor de leek kleinzielig gedonder is schering en inslag op de Balkan met heel wat narigheid tot gevolg. Het is er altijd een licht ontvlambaar kruitvat geweest waar de ene keer de Ottomanen, de andere keer de Habsburgers en weer een andere keer de Serviërs of Bulgaren doorheen stampten. 

En soms de Macedoniërs. Onder Alexander de Grote - die overigens niet voor niets de Grote heet blijkt uit recent onderzoek - was Macedonië op zijn grootst met hele stukken Bulgarije, Servië en Griekenland er bij. Alexander is dan ook de grote held in Macedonië en heeft een achterlijk groot standbeeld op het Macedoniëplein in Skopje. Alexander wordt door de Grieken natuurlijk gezien als een Griek die toevallig uit de Griekse provincie Macedonië kwam. Ze zouden het standbeeld liever vandaag dan morgen neerhalen. Een taxichauffeur zei me al: De toetreding van Macedonië tot de EU gaat nog wel even duren; dan moet eerst Griekenland er uit.

Macedonië kent een fijne afwisseling van oostblokkerigheid, hipheid, Ottomaanse invloeden en grootheidswaanzin, en dat allemaal tegen een achtergrond van bepoedersuikerde bergtoppen, en alles in het cyrillisch, wat door de relatieve onbegrijpelijkheid ervan alles net een stukje spannender maakt. De oostblokkerigheid manifesteert zich in voor de liefhebber - zoals ik - prachtige betonstaalconstructies uit de Stalinistische school, maar dan op zijn Joegoslavisch. Skopje bood ongekende mogelijkheden om het nieuwe bouwen onder Tito gestalte te geven omdat 90% van de stad plat ging tijdens de aardbeving van 1963. Ze hebben daar overigens een Japanner voor ingevlogen die ervaring had met beginnen met en schone lei: hij heeft het nieuwe Hiroshima ontworpen. Het hoofdpostkantoor, de universiteit, het winkelcentrum, het zijn pareltjes in hun soort. Ook grossiert Macedonië nog in oldtimers als Zastava's (rugzakjes!), Yugo's en vrachtautootjes van het merk BAM.

De hipheid krijgt gestalte in hippe mensen, hippe auto's, hippe restaurants, hippe coffeebars, hippe sportscholen en hippe beautysalons waar je een massagebehandeling kunt ondergaan met ezelsmelk en honing. De grootheidswaanzin is een nieuw fenomeen dat voornamelijk gestalte krijgt in enorme glimmende protserige klassieke gebouwen langs de rivier Vardar en in letterlijk honderden standbeelden van iedereen die iets heeft betekend in de lange geschiedenis van Macedonië. Voor het gewone volk blijft er door dit soort prestigeprojecten, bedoeld om het toerisme een boost te geven, helaas weinig geld over. De armoe is sowieso groot.

Veel Macedoniërs beproeven dan ook hun geluk door asiel aan te vragen ergens in Europa. Vorig jaar deden 125 Macedoniërs een asielverzoek, 99% werd afgewezen. Het is het proberen waard, een Wizzair-ticket Skopje-Eindhoven kost 30 euro. Duitsland kreeg in 2013 ruim 6000 asielverzoeken van Macedoniërs (ook weer vrijwel allemaal afgewezen).

Je merkt bij aankomst op luchthaven Eindhoven wel dat Macedonië geen deel uitmaakt van de Europese ruimte en dat men graag wil dat die Macedoniërs hier niet blijven hangen. De controle is streng, elk paspoort wordt uit-en-te-na gecontroleerd, retourtickets moeten worden overlegd, portemonnees worden leeggekiept om te laten zien dat een retourticket gekocht kan worden, twee mensen worden om onduidelijke redenen afgevoerd naar een 'kantoortje'. Het is goed om eens te zien hoe het is om ongewenst te zijn. Met mijn EU-paspoortje loop ik zo door - als ik eenmaal aan de beurt ben, na een uur in de rij te hebben gestaan. Dat krijg je van de langebenenrij. Maar welkom ben je.