woensdag 27 oktober 2010

PRAKTIJK

Een jaar of tien geleden verleende ik wat hand- en spandiensten bij een Europees project met als onderwerp de integratie vluchtelingen. Doel was om uit alle verschillende ervaringen zogenaamde good practices on integration te formuleren. In welk land hebben ze een goed werkend systeem voor de huisvesting van vluchtelingen? Waar hebben ze slimme oplossingen voor begeleiding van vluchtelingen naar werk? Waar zijn er mooie projecten gericht op sociaal-culturele participatie? Er werd ook gekeken of de ervaringen uitwisselbaar waren, anders was het geen good practice.

Het was een erg interessant project. Hoogtepunt was het afsluitende congres waarbij alle deelnemende organisaties aanwezig waren. Ook tientallen vluchtelingen uit alle deelnemende landen waren van de partij. De vluchtelingen spraken over hun ervaringen uit hun dagelijkse praktijk. Zo konden alle opgetrommelde deskundigen uit de eerste hand horen hoe in diverse Europese landen alles rond een bepaald thema was geregeld. In veel landen was er overigens bijzonder weinig geregeld, zeker als je meer richting Middellandse Zee kwam.

Voor mij was dat congres de eerste keer dat ik live vluchtelingen tegenkwam. Er waren hele bijzondere mensen bij. Overlevers die ondanks - dankzij? - alles wat ze hadden meegemaakt een groot enthousiasme en een ongekende gedrevenheid aan de dag legden. Er was bijvoorbeeld een bijzonder slimme Somalische vrouw uit Italië met een enorme hoeveelheid hutkoffers bij zich, en een stuk of zes kinderen waar ze blijkbaar geen opvang voor had kunnen regelen. Echt een fantastische vrouw, zoals ze haar vaak bar slechte ervaringen uiteen zette, zonder iets of iemand te veroordelen. Haar koffers hebben we de volgende dag kilometers over de onverharde wegen naar het terrein moeten sjouwen waar de Onbegrensde Ontmoeting plaatsvond, een groot festival voor vluchtelingen. Het moet er mooi hebben uitgezien: drie van die sliertige Hollandse mannen met een grote koffer op het hoofd, gevolgd door een stevige Somalische vrouw in vrolijk gekleurde jurk, met een sliert kinderen er achteraan.

Er was ook een Angolese jongeman die ergens rond de poolcirkel in Zweden terecht was gekomen. Hij was daar de enige zwarte in de wijde omgeving, maar had het er prima naar zijn zin. Hij was dol op de Zweedse vrouwen, en zij op hem. Zelfs de lange maanden zonder zonlicht konden hem niet klein krijgen. Ik kan me het beeld helemaal voorstellen: een bijna twee meter lange basketbalneger die daar in een klein stadje blijmoedig door de geselende sneeuw loopt, slechts verlicht door een eenzame lantaarnpaal.

's Avonds zaten we na te borrelen met een flink aantal vluchtelingen van all over the world. Een stateloze Palestijn - ik kon en kan me er nog steeds niets bij voorstellen. Een Bosniër, een Rus, een Sierra Leonees. Toen de bar gesloten was bleek een Iraanse man - wat een held! - diverse flessen sterke drank bij zich te hebben. En ik altijd maar denken dat mensen uit dat soort landen niet mochten drinken... De gesprekken die we daarna gevoerd hebben zijn waarschijnlijk heel diep geweest, maar ik kan er helaas geen verslag van doen. Maar geïntegreerd hebben we.

Ik moest aan dat project good practices on integration denken toen ik onlangs op de tuin werd uitgenodigd voor thee met baklava. Een mannetje of twintig had zich verzameld in de tuin van een Turkse familie. De helft van de aanwezigen was Turks, de andere helft Nederlands. Er werd muntthee geschonken uit een samowaar die op houtskool gestookt werd. Er waren twee gigantische schalen baklava en nog veel meer zoetigheid.

Een volkstuinencomplex is een serieuze good practice on integration. Want waar spreek je nou een Turk die hier als gastarbeider is gekomen in de tijd dat een brief naar zijn gezin in Oost-Turkije vijf weken onderweg was? Of een Turk die problemen heeft omdat hij een enorme binge-drinker is? Waar krijg je van je Koerdische buren een heerlijk stukje kip van de barbecue? Waar zing je met je tuingenoten Turkse verjaardagsliedjes voor het jarige zoontje van Imael? Juist: op de volkstuin!

Daarom mijn advies: laat 1000 bloemen bloeien ter meerdere eer en glorie aan de verbondenheid der volken: ieder AZC zijn eigen volkstuin! Want waar samen getuinierd wordt daar komen de mensen elkaar nader.

dinsdag 26 oktober 2010

ETHIEK

In een krant stond onlangs dat robotwapens onder vuur liggen. Dat blijkt bij nadere lezing wel mee te vallen. De koppenmaker van dienst was iets te creatief. VN-rapporteur voor buitengerechtelijke executies - is dat een slechte vertaling of gaat het echt om executies? - Heyns wordt in het stuk geciteerd: 'De internationale gemeenschap moet zich buigen over de wettelijke, politieke, ethische en morele gevolgen van de ontwikkeling van dodelijke robots.' Niets meer en niet minder.

Dat de internationale gemeenschap de wettelijke en politieke aspecten bespreekt vind ik tot daar aan toe. Maar dat die arme robots worden getoetst aan een ethisch en moreel kader, dat vind ik vreemd. Hoe kun je nou een onwetend ding dat gemaakt is om mensen te laten ontploffen hierop toetsen? De mensen die deze dodelijke robots programmeren om bevelen uit te voeren, en de bevelhebbers zelf, dat zijn toch degenen die hier over gaan? Of moet je je ethischer gedragen omdat bij het gebruik van een robot je zelf geen mensen verliest? En waarom zouden robots dan geen mensen mogen vermoorden en mensen wel? En moeten de ethische en morele aspecten van zelfmoordaanslagen en bermbommen dan ook niet gelijk onder de loep worden genomen?
Ik dacht dat juist bij oorlog winnen belangrijker was dan het meedoen. En je maakt de meeste kans op winst door meer leden van de tegenpartij te doden dan dat er van je eigen manschappen worden omgebracht. En daarbij zijn heel veel middelen geoorloofd. Ethiek en oorlog, vrienden zijn het niet. Maar het lijkt me stukken ethischer om een zwaar bewapende robot een mitrailleursnest in te sturen dan je eigen manschappen.

Het lijkt me het beste wanneer de inzet van dodelijke robots tot speerpunt wordt gemaakt in iedere defensiestrategie wereldwijd. Waarbij defensie in dit verband eufemistisch dient te worden opgevat. Massale inzet van robots zal er voor zorgen dat er over een jaar of tien bij oorlogen die er een beetje toe doen überhaupt geen mensen meer dood gaan. Een oorlog wordt een grootschalig robotgevecht in een prachtige arena, op primetime gebracht bij u in de huiskamer. Brood en spelen. Bloeddorstige robots zonder bloed bevechten elkaar. En mocht je als land geen robot hebben, dan is er een clausule dat ook soldaten de arena in mogen worden gejaagd zodat er nog een klein beetje sprake is van equality of arms.

En nog twintig jaar er bij en de robots kunnen zelf hun morele en ethische afwegingen maken, zonder tussenkomst van enige menselijke invloed, behalve die van de programmeur. Geen emotionele overwegingen als: 'Hij moet boeten voor de moord op mijn beste vriend, ' 'Voor volk en vaderland' of 'Allah akbar!' De robots maken doorlopend nette berekening die in een fractie van een fractie van een seconde leiden tot een volstrekt ethische beslissing of er al dan niet een genadeschot moet worden gelost.
Of dit op korte termijn leidt tot de oplossing van de vluchtelingenproblematiek wereldwijd waag ik te betwijfelen, maar ach... je moet ergens beginnen.

maandag 25 oktober 2010

VACANCE A FRANCE 1: ABDIJ

Vriendin en ik komen aan bij driesterrenhotel l'Abbaye in het Bretonse plaatsje Plancoët. Inderdaad, een hotel in een voormalige abdij. Het is een mooi oud gebouw, alhoewel dat oud later, bij nadere inspectie, meer richting verwaarloosd gaat. We worden hartelijk ontvangen door de patron. Hij heeft een professioneel getrimd baardje en een professionele constante glimlach op zijn gezicht. Hij heeft zich in zijn carrière een trage en nadrukkelijke manier van bewegen en praten aangeleerd. Opdat al die stupide toeristen hem goed kunnen volgen.

Hij deelt ons met geveinsde vriendelijkheid mede dat de kamer helaas nog niet klaas is. Dat hindert niet. We gaan met onze pain et fromage naar de ruime tuin achter de voormalige abdij. In de tuin staat op verschillende plekken goedkoop wit plastic tuinmeubilair. Het hotel wordt veel gebruikt voor conferenties en workshops, dus die zullen wel bedoeld zijn om in praatgroepjes uiteen te kunnen gaan om over allerlei belangwekkende onderwerpen te delibereren. Helaas begint het net een beetje te regenen als we aan de lunch beginnen.

---

Als we naar de kamer kunnen – meneer de receptionist belt nadat we gevraagd hebben of de kamer nu wel klaar is heel nadrukkelijk de schoonmaker om heel nadrukkelijk te vragen of de kamer al gereed is – staat daar nog wel een koffer. De kamer is niet bepaald top. Zo te zien is er sinds een jaar of twintig à dertig niets meer aan gebeurd. Alles is oud, verlept en uit de tijd. De uiterst lelijke vloerbedekking is vergeven van vlekken in diverse kleuren, vormen en maten. Ook de badkamer heeft vloerbedekking, zelfs rond de toiletpot. Dat noemen wij in Nederland: zeer onhygiënisch. De muren zijn bedekt met een soort textielbehang van verwassen synthetische sokken. Op het twijfelaarbrede bed ligt een vervaalde sprei over een paardendeken.

Het venster heeft een klassieke vorm, als van een kerkraam: langwerpig en naar boven toe spits uitlopend. Er zitten verscheidene ruitjes in die er, als het raam eens goed dichtklapt, ongetwijfeld uit vallen. De stopverflaag ontbreekt of is in vergaande staat van ontbinding. De niet al te frisse douche blijkt levensgevaarlijk te zijn: de temperatuur varieert in een natuurlijke maar toch volstrekt onvoorspelbare golfbeweging van koud tot bijna kokend. Drie sterren in Frankrijk...

---

Meneer de patron had het ons al bij aankomst al heel nadrukkelijk medegedeeld: het is erg druk vanavond druk en daarom dient u ofwel heel vroeg ofwel heel laat te eten. Daar heeft hij wel gelijk in. Om half negen staat er nog steeds een rij van zo'n twintig man in afwachting van hun diner. Als we - na enig voordringen, we blijven Hollanders - eindelijk zitten blijkt dat we hebben gewacht op een maaltijd waar de honden nog geen brood van lusten. In de zaal loopt zeven of acht man bedienend personeel als kippen zonder kop door elkaar met eten waarvan ze geen sjoege hebben naar welke tafel het moet. Sommigen hebben een onduidelijk taakje. Ze staan vanaf een vaste plek te wachten op werk en zijn hun vertrouwen in een goede afloop van de avond al uren geleden kwijtgeraakt.

Het duurt een kwartier eer we eindelijk iemand zo ver hebben gekregen om ons wijn in te schenken. Ach, hoe jammer, er klotst een flinke scheut over het versleten maar toch spierwitte tafellinnen. De stoelen zijn gammel en om er nog wat van te maken bekleed met zalmroze stof waar de rafels aan hangen.

De eerste gang van ons démi pension menu valt enigszins tegen. Tussen mijn mosselen zit zand en van alles en nog wat dat tussen de tanden knarst. Heel wat anders dan de overheerlijke mosselen die we op onze eerste fietsdag aten: fantastische mosselen in fantastische hoeveelheden met fantastische frieten er bij op een fantastische plek. En dat nadat we ons bijna een hongerklop hadden gefietst, al rijdend langs de smaragden kust van Bretagne.

De tweede gang komt. Het dienstertje heeft ons al gezegd dat er iets mis is met het hoofdgerecht. Alhoewel het een raadsel blijft wat. Maar alles valt nu op zijn plaats. De afdeling inkoop heeft een beetje sober ingekocht, en nu zijn de ingrediënten voor het hoofdgerecht helaas op. Ze hebben daarom een alternatief voor ons bedacht. Ik dacht altijd dat de Fransen zich er op voor stonden dat ze zo'n beetje het eten hebben uitgevonden. Nou, vergeet het maar! Ik krijg een soort gebonden jus met verschillende soorten vlees in kleine stukjes. Aangebrand vlees dat door andere eters is teruggestuurd, wat minder aangebrand vlees van niet bestaande dieren, ham die we de volgende ochtend ook bij de ontbijttafel krijgen. We eten zo veel als onze braakreflex toestaat op. Klagen is zinloos, terugsturen al helemaal.

Na een slotakkoord in de vorm van een driesterrentoetje begeven we ons vertwijfeld richting twijfelaar. De fietstocht van morgen leidt gelukkig naar een hotel zonder sterren.

maandag 18 oktober 2010

VERONICA

Al weer een tijdje terug vertelde mij iemand dat ze meedeed aan een soort online-wedstrijd wie het groenst leeft. Alle deelnemers moesten daarvoor bijhouden hoeveel kilometer ze reden, met welke soort brandstof en tegen welk verbruik, wat voor boodschappen ze deden, hoeveel kilowattuur stroom, kubieke meter gas en liter water ze verbruikten en meer van die dingen.

Bij zo'n wedstrijd kan ik zo meedingen naar de hoofdprijs. Ik rijd geen auto, eet biologisch of uit eigen tuin, per fiets of met het openbaar vervoer, vlieg niet, heb weinig stroomverslindende apparaten, eet nauwelijks vlees, heb geen kinderen. Kortom: mij is het nauwelijks aan te rekenen, mocht planeet Aarde vergaan.

Milieu is een van de zogenaamde linkse hobby's, waartoe ook bijvoorbeeld ontwikkelingshulp, sociale zekerheid, hoge cultuur en vluchtelingenhulp behoren. Je zou ook hiervoor een online-wedstrijd kunnen maken. Degene die het hoogste scoort op dit amalgaam van alles wat Goed is, komt op de hoogste sport van de ladder van morele superioriteit. De zogenaamde Jezus-ladder.

Het begrip morele superioriteit vindt de laatste tijd heel gemakkelijk de weg naar de media. Wilders viel in het debat over de Regeringsverklaring de vermeende morele superioriteit van de linkse kerkers aan. Hij spuugde het woord uit alsof het een tropische geslachtsziekte was. Wilders heeft een hele duidelijke mening waar de superioriteit zit. Bijvoorbeeld in de Joods-humanistisch traditie, en niet in de islamitische.

Inmiddels hebben Wilders en de zijnen ieder recht om iets te zeggen over morele superioriteit verspeeld. Met de hele club op de tafeltjes trommelen als uitgeprocedeerde Irakezen worden uitgezet naar het altijd gezellige Bagdad is niet echt netjes. En als je fractieleden in je partij hebt die zich publiekelijk gedragen of gedroegen als een stelletje berserkers dan ben je snel uitgepraat. Zeker als je dat gedrag ook nog relativeert.

Emeritus hoogleraar sociologie Abram de Swaan liet onlangs in de Volkskrant optekenen dat de verheffing van het volk tot stilstand is gekomen rond 1980. De opkomst van Veronica en Radio Noordzee leidden tot een visie: het volk hoefde zich helemaal niet te verheffen, 'het volk was goed zoals het was'. Inmiddels wordt ‘…de linkse elite aangekeken op de crisis en ontspringt de zakenelite de dans’. Nie wieder morele superioriteit als het ware.

Een vriend wees me - na lezing van de blog Haatzaai - op een column van Afshin Ellian. Ellian maakt daarin op goed getroffen wijze gehakt van de linkse kerk en haar vermeende morele superioriteit. Met al dat vrome politiek correcte gelul overwin je geen crisis. Maar je voelt wel een enorme morele verhevenheid boven die onmensen op rechts. En dat voelt goed!

Vriend wees me niet voor niets op die column. Hij is zelf een van de weinigen in mijn vriendenkring die VVD stemt en lijkt zich daarvoor telkens te moeten verantwoorden bij zijn wat linksere vrienden. Terwijl ook hij het heel goed voor heeft met de mensheid, Nederland en de economie.

Maar we kunnen natuurlijk niet iedere zielenpoot op deez' aard' pamperen van wieg tot graf. En we kunnen niet het milieu volledig ontzien, met alle negatieve gevolgen van dien voor de economie. De schoorsteen moet ook roken en van die dingen.

Eigenlijk denk ik dat linkse en rechtse kerk het in veel opzichten in grote lijnen met elkaar eens zijn. Het verschil gaat om de grenzen. Wie valt al dan niet binnen de zieligheidsdefinitie? Iedereen heeft heel christelijk zijn naaste lief als zichzelve, maar wie die naaste precies, daar zit hem de kneep.

Ergernis over die vermeende superioriteit van links, daar kan ik me alles bij voorstellen. Anderzijds moet je je ook wel heel wat laten welgevallen om superieur te zijn. Biologisch eten, geen vlees, geen SUV, vakantie op de fiets, niet vliegen...

Aan mijn lijf niet langer deze polonaise. Morele superioriteit is een gotspe. Een gotspe ter meerder eer en glorie aan jezelf. Als ik weiger te vliegen stijgt er geen vliegtuig minder op. Het is alleen maar ingegeven doordat je dan vanuit een zekere superieure superioriteit mensen kunt aanspreken op hun verwerpelijke vlieggedrag. 'Wat, drie keer per jaar minimaal? En ook binnen Europa? Nou nou nou...' Mij maakt het niet uit. Superieurer word je er niet van, maar het is wel zo makkelijk en het scheelt en hoop geld. Vanavond ga ik naar Praag: per vliegtuig!

zaterdag 16 oktober 2010

HAATZAAI

Vandaag is Wilders door het OM vrij gesproken van het aanzetten tot haat en discriminatie. Het is al erg genoeg om Wilders en Moszkowicz met hun triomfantelijke koppen op TV te zien, maar ach, zoals strafrechter De Roos in de Volkskrant terecht opmerkt: Wat er ook uitkomt, Wilders wint altijd.

Ik als leek kan hier wel wat lekenrechtspraak tegenin brengen. Maar ja, dat win je al helemaal niet. Ik vraag me sowieso af wat volgens het OM wél haatzaaien of discriminatie is.

Om een indruk te krijgen van de manier waarop Wilders en consorten bezig zijn, is het verhelderend om eens kijken naar toon en strekking van de kamervragen die de PVV afgelopen jaren stelde. Je kan je moeilijk aan de indruk onttrekken dat ze voor niets anders bedoeld zijn dan het maken van een stoer en stevig punt. Statements over het gevaar van moslims en Marokkanen en alles wat buut'nlands is. De fractiemedewerkers zitten de godganselijke dag internet rond te struinen op zoek naar nieuws over moslims, Marokkanen en -inderdaad - en alles wat buut'nlands is, waar dan kamervragen over kunnen worden gesteld. Maar het is natuurlijk geen haatzaaien of discriminatie, het stellen van dit soort kamervragen, dat zie ik ook heus wel.

Je hebt als PVV welbeschouwd niets aan het stellen van dit soort kamervragen. Het is louter preken voor eigen bruine kerk. Het is goedkoop scoren over die tere ruggetjes van de belastingbetaler, want het beantwoorden van een kamervraag kost gemiddeld bijna 2000 euro.

Hier een bloemlezing uit de lijst kamervragen van de PVV. Lees en oordeel zelf.

Antwoord vragen Kortenoeven, Wilders en Driessen over Islamitische Jihad tegen christenen in de Islamitische Republiek Pakistan

Antwoord vragen Fritsma en Brinkman over islamisering van de Nederlandse krijgsmacht

Vragen van de leden Fritsma en Agema (beiden PVV) aan de ministers voor Wonen, Wijken en Integratie en staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht dat boerkinizwemsters het vertrek van mannen eisen uit het zwembad (ingezonden 15 december 2009).

Vragen van de leden Wilders, Bosma en Fritsma (allen PVV) aan de ministers voor Wonen, Wijken en Integratie en van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht dat de Haagse Hogeschool dit jaar geen kerstboom in de school plaatst en het bericht dat het Gemeentelijk Vervoerbedrijf (GVB) van Amsterdam een christelijke tramconducteur niet toestaat een christelijk kruisje zichtbaar te dragen.

Vragen van de leden Wilders, Fritsma, Graus en Bosma (allen PVV) aan de ministers voor Wonen, Wijken en Integratie en van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mw. Dijksma, over het artikel «Halal kerstdiner op katholieke school in Weert»

Vragen van de leden Agema en Fritsma (beiden PVV) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht dat kritiek op de islam kan leiden tot minder orgaandonaties door moslims. (Ingezonden 19 oktober 2009)

Antwoord vragen Wilders en Fritsma over de groei van het aantal moslims in Europa

Antw vr Fritsma en Brinkman over het bericht dat de politie personeel werft in de moskee (18 kB)

Vragen van de leden Wilders en Fritsma (beiden PVV) aan de minister voor Wonen, Wijken en Integratie over het bericht «Minister gooit in gedachten wel erg veel moskeeën dicht».

Vragen van de leden Fritsma en Brinkman (beiden PVV) aan de ministers voor Wonen, Wijken en Integratie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het inrichten van een stemlokaal in een moskee in de gemeente Apeldoorn. (Ingezonden 28 mei 2009)

Vragen van het lid Fritsma (PVV) aan de minister voor Wonen, Wijken en Integratie over de komst van een moskee in de Arnhemse wijk Klarendal die minaretten van 25 meter hoog mag hebben. (Ingezonden 11 mei 2009)

Vragen van het lid Fritsma (PVV) aan de minister voor Wonen, Wijken en Integratie over het bericht dat in Haarlem meer dan vijfduizend hoofddoekjes worden uitgedeeld. (Ingezonden 28 april 2009)

Vragen van de leden Fritsma en Agema (beiden PVV) aan de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de «inburgering» van de boerkini. (Ingezonden 19 februari 2009)

Antwoorden op vragen Wilders en De Roon over de moslimoorlog tegen christenen in Indonesië

Het bericht dat schilderijen met varkens zijn verwijderd uit een polikliniek om te voorkomen dat moslims er aanstoot aan nemen

De islamitische jihad tegen christenen in de Islamitische Republiek Pakistan

Het bericht "Mohammed Bouyeri: "Geen spijt moord Theo van Gogh"

Het bericht "Luxekantoor koopje voor moslimclub"

Antwoord vragen Fritsma, Bosma en Wilders over het bericht dat moslimleerlingen moeite hebben met de holocaust

Vragen van de leden Fritsma en Agema (beiden PVV) aan de ministers voor Wonen, Wijken en Integratie en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de islamisering van een Gouds ziekenhuis. (Ingezonden 4 december 2009)

Vragen van het lid Bosma (PVV) aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de uitlating van rector-magnificus Van der Heijden over een politicus die zou spreken over een tsunami van moslims. (Ingezonden 12 februari 2010)

Vragen van het lid Fritsma (PVV) aan de staatssecretaris van Justitie en de minister voor Wonen, Wijken en Integratie over het bericht dat in tal van gevangenissen uitsluitend halal eten wordt geserveerd. (Ingezonden 30 juni 2009)

Vragen van de leden Fritsma en Wilders (beiden PVV) aan de minister voor Wonen, Wijken en Integratie en de staatssecretaris van Justitie over het bericht dat autochtonen in Rotterdam bijna een minderheid vormen. (Ingezonden 7 mei 2009)

Vragen van de leden Fritsma en Wilders (beiden PVV) aan de minister voor Wonen, Wijken en Integratie over het bericht dat bejaarde biljarters hun clubhuis moeten verlaten om een Marokkaanse vereniging te huisvesten (ingezonden 28 april 2010).

Vragen van het lid Fritsma (PVV) aan de minister voor Wonen, Wijken en Integratie over de door Marokkaanse straatterroristen veroorzaakte geweldsgolf in Veenendaal. (Ingezonden 19 maart 2010)

Vragen van de leden Fritsma, Brinkman en Wilders (allen PVV) aan de ministers voor Wonen, Wijken en Integratie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over lastige Marokkanen die met de politie op vakantie gaan. (Ingezonden 8 oktober 2009)

ragen van de leden Brinkman en Fritsma (beiden PVV) aan de ministers van Justitie, van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en voor Wonen, Wijken en Integratie over een door Marokkanen gepleegde, en verzwegen, mishandeling. (Ingezonden 16 oktober 2009)

Vragen van de leden Brinkman en Fritsma (beiden PVV) aan de ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de minister voor Wonen, Wijken en Integratie over het door de Goudse politie niet aanpakken van (Marokkaanse) stenengooiers. (Ingezonden 18 mei 2009)

Vragen van de leden Fritsma en De Roon (beiden PVV) aan de ministers van Justitie en voor Wonen, Wijken en Integratie over het door Marokkanen met straatstenen bekogelen van twee meisjes. (Ingezonden 4 mei 2009)

Vragen van de leden Fritsma en Brinkman (beiden PVV) aan de ministers voor Wonen, Wijken en Integratie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het bericht dat een Marokkaanse meute in Gorinchem twee politieagenten heeft aangevallen. (Ingezonden 16 februari 2009)

dinsdag 5 oktober 2010

KRAAK 3

Enige tijd terug schreef ik een verslag van een treffen tussen krakers en ME. Drie paarden zijn daarbij gewond geraakt. Hier het relaas van een van hen.

Het is al weer een paar dagen geleden gebeurd, maar ik bevind me nog steeds in het ziekenhuis. In mijn rechterflank zijn de nodige hechtingen aangebracht. En diep, want het was een behoorlijke jaap. Bloeduitstortingen, kneuzingen... Best pijnlijk allemaal. Hoe het precies gekomen is weet ik niet. Het is het risico van het vak. Beroepsrisico. Je bent getraind om zo'n groep in te rennen. En dat doe je dan ook, het is je taak! Met zijn zessen op een rij in volle galop op de meute af, een muur van paardenvlees. Prachtig! Die krakers hebben op zich niet eens een hekel aan ons. Ze houden meer van mensen dan van dieren. Voor mij, als ME-paard, hebben ze nog wel enig respect, maar voor een politieagent...

Het was een heftig dagje vrijdag. We hadden de weken daarvoor een aantal keren geoefend, maar in het echt is het toch altijd weer totaal anders. En we oefenen het grootste deel op gras. Is trouwens maar goed ook, over bestraatte wegen rennen is niet echt goed voor je aanhechtingen. Ik heb sindsdien weer doorlopend zo'n artritisgevoel in mijn knieën en zo. Maar ja, dat hoort er gewoon een beetje bij. En nu heb ik natuurlijk ook niet de lichtste ruiter, en vooruit, ook ik word een dagje ouder.

Het aanvalsplan waarop we hebben geoefend hebben we naar eer en geweten uitgevoerd. We moesten eerst op de massa inrijden en dan, vlak voor de grote botsing, als een idioot stoppen en rechtsomkeert maken. Twintig meter terug, een pirouetje, en dan op de plaats halt en de menigte boosaardig aankijken. Bij het pirouetje raakte ik nog per ongeluk nog iemand op zijn voet. Met mijn volle gewicht er op, dat zal die jongen gevoeld hebben. Ik kon er echt niets aan doen, ik werd slecht gestuurd. Veel tijd en ruimte om te corrigeren is er niet.

Er wordt me wel eens gevraagd: 'Vind je dat nou niet eng, zo'n demonstrerende menigte inrennen?', maar nee: ik vind het niet eng. Niet meer. Je raakt het grotendeels kwijt, alhoewel het volstrekt tegen je natuur in gaat. Het is er volgens mij gewoon uitgefokt, die angst. Al drie generaties is onze familie in dienst bij de politie, en mijn zoon, die gaat het ook weer doen.

Ik weet nog wel de eerste keer dat ik op zo'n massa moest inrijden. We hadden al jaren van oefening achter de rug. Omgaan met stress-situaties, rook, knallen, joelende mensen. Maar dat is toch iets anders dan in te rennen op een groep totaal opgefokte idioten die niet te beroerd zijn een klinker naar je te gooien. Dat gaat hard tegen hard. Mijn hele lijf, mijn hele wezen schreeuwt: wegwezen!!! Maar toch, je doet wat je moet doen. Het is tenslotte je baan. Ik krijg wel tips van de familie. Mijn vader heeft me aangeraden gewoon mijn ogen dicht te doen, maar dat is een keer goed mis gegaan.

Het is elke keer weer spannend: je gaat met je vrienden, waar je al zo veel mee hebt meegemaakt, in een werkelijk prachtige en ook goed gepantserde trailer naar de plek van de actie. Het spannende is dat je nooit van tevoren weet wat er gaat gebeuren. En da's eigenlijk maar goed ook. Want ik heb al wat leed gezien. Een oom van mij is kreupel geworden. Normaal gesproken is dat einde oefening voor een paard. Of einde oefening, gewoon het definitieve einde. Als paardenbiefstuk bij de betere slager. Maar niet bij ons soort paarden. Die oom, die woont hier vlakbij, bij de seniorenpaarden. En die worden daar tot hun dood als vorsten behandeld!

Voor mij is het nog lang niet zo ver. Eerst beter worden en dan moet ik ongetwijfeld weer snel aan de bak. Ze zullen ons nodig hebben, de komende tijd. In de trailer werd gefluisterd dat er 200 kraakpanden ontruimd gaan worden aankomend jaar. Ik ben er bijna klaar voor!

KREEFT

We lopen over een smal pad dat aan beide zijden is omgeven door rietlanden, elzenbos en water. De Ankeveense Plassen. Het is een prachtig pad. Alleen is het jammer dat zo veel senioren uitgerekend vandaag op dit pad moeten fietsen. Passeren is er nauwelijks mogelijk.

Al wandelend zie ik in mijn ooghoek een rood bewegend iets. Een schorpioen lijkt het zo op het eerste gezicht, maar dat kan niet. Het beest heeft mij ook gezien. Als ik hem nader is het direct klaar voor de aanval, de scharen gaan hoger in de lucht naarmate ik dichter bij kom. Echt een agressief baasje. Het is een soort zoetwaterkreeft. Een prachtige metallic roodbruine zoetwaterkreeft van een centimeter of 15. Maar wel een met karakter.

Ik neem een paar foto's vanaf ongeveer het gezichtspunt van de kreeft zelf. Hij gaat elke keer in de aanval met zijn scharen als het koordje van het fototoestel in zijn buurt komt. Ik houd hem het koordje voor en hij pakt het stevig vast met een schaar. Ik kom overeind en de kreeft laat niet los. Ik til hem op en roep vriendin, die doorgelopen is, dat ze moet kijken.

Als ze zich omdraait heeft de kreeft al losgelaten. Ik zie het niet. Ik hoor krak als ik met mijn bergschoen op hem ga staan. Dat geluid ken ik uit visrestaurants, waar je speciaal gereedschap krijgt om een krab te opereren, inclusief een speciaal krakertje waarmee je de poten van het dier, waar het meeste vlees in zit, kunt kraken. Dat geluid. De kreeft probeert snel weg te komen, maar heeft nu duidelijk een balansprobleem. Als een op hol geslagen tank waarvan een rupsband is afgelopen schuift hij het riet in. Ik durf niet te kijken hoe het met hem gaat. Het zit me de rest van de wandeling niet echt lekker, dit ongelukje.


Als we aan het einde van het pad zijn gekomen staat er een bordje dat aangeeft dat er linksaf een eetetablissement moet zijn. En dat je er gerookte paling en kreeft kunt eten die beiden uit deze plas afkomstig zijn. Blijkbaar zit er genoeg kreeft die lekker genoeg is om als lokale delicatesse te dienen. Maar het klaarblijkelijke feit dat deze kreeften gevangen en gegeten worden maakt het niet minder erg dat ik een van hen per ongeluk heb verminkt - misschien zelfs vermoord - met mijn lompe bergschoen.

Een paar uur later zitten we op een terras wat te drinken. We wachten op ons eten. Ik heb gamba's met frites en salade besteld. Als de gamba's worden geserveerd realiseer ik me dat dat niet zo'n goede keus was. Ze vertonen veel te veel gelijkenis met hun Ankeveense soortgenoten. Het moment van lichte walging is echter snel voorbij. De gamba's smaken voortreffelijk!

zaterdag 2 oktober 2010

KRAAK 2

Gisteren liep ik met twee Tsjechische vrienden in de kennelijke staat waarin toeristen toch zo vaak menen te moeten verkeren door Amsterdam. Ons doel was een café op de Spuistraat. Vanaf de Singel liepen we een steeg in waar muziek te horen was. Live-muziek leek het. Het zag er knap druk uit, daar aan het einde van het steegje. Naderbij gekomen stuitten we op krakers, waarvan ruim de helft het bekende uniform droeg van zwarte kleding, capuchon op en sjaal voor de mond. Het zag er desondanks best gezellig uit. We voegden in en gingen mee in de processie, die tijdelijk tot stilstand was gekomen bij een vers gekraakt pand op de hoek van het steegje en de Spuistraat, en nu weer langzaam verder trok richting krakersbolwerk Vrankrijk.

De processie was tamelijk rumoerig. Zeker voor een processie. Er werden slogans gescandeerd als 'kraken gaat door!' Je raakt toch snel begeesterd in dit soort omstandigheden. Massa's. Ik kon het niet laten af en toe vrolijk mee te roepen.

Ik ben ook best voor kraken. Althans, als je kraken als middel ziet om speculatie, leegstand en woningschaarste tegen te gaan. Het is de overheid in ieder geval nooit gelukt nog nooit gelukt die problemen op te lossen. Ik heb alleen wel een ontzettende hekel aan krakers. Humorloze hardliners met vieze honden. Maar de krakersscène heeft - dat moet gezegd - ook een hoop moois opgeleverd. Ik noem hier alleen Tivoli, ACU, de Vrije Vloer.

Door megafoons klonken onverstaanbare boodschappen in blik. Er was een geluidsinstallatie waaruit muziek klonk die ik niet zo goed vond passen bij krakers. Ik ben bevooroordeeld. Het was eigenlijk best gezellig. We hebben nog wat gebabbeld met mensen links en rechts. Het ging er gemoedelijk aan toe. Net als in de tachtiger jaren, gezellig met zijn allen demonstreren voor de goede zaak. Er liepen ook wat kindertjes tussen zo her en der, waarschijnlijk - net als wij - per ongeluk daar verzeild geraakt. Een politieagent die vanuit het raam van het politiebureau toekeek kreeg handenvol middelvingers te verwerken. Die krakers hebben heel duidelijk een autoriteitsprobeem. Millions of dead cops viel er te lezen op een propagandashirt.

We liepen inmiddels een beetje voor de troepen uit. Die krakers zijn niet echt in staat om er een stevig marstempo in te houden. Marek was nog wat plaatjes aan het schieten toen schijnbaar uit het niets zes ME-paarden met dito ruiter verschenen. Ineens werden de paarden groter en groter, net als dingen die dichterbij komen. Als in een beetje een lullige Nederlandse remake van een aanvalsscène uit In de Ban van de Ring reden de paarden knoeperd hard op de massa in. De bereden ME-ers zwaaiden met extra lange gummiknuppels in de lucht. Een muur van op hol geslagen paardenvlees.

De paarden liepen wat mensen onder de voet - ook Marek, die nog vrolijk foto's aan het nemen was, zich niet bewust van wat er in de rug naderde. Het ging net goed, maar hij kreeg toch een flinke beuk. Er klonken knallen. Direct na het contact met het enthousiaste publiek maakten de paarden rechtsomkeert, om na 30 meter terugtrekken met zijn zessen tegelijk een pirouette te draaien en tot stilstand te komen, de verbouwereerde krakers tegenover zich. Eén pirouette was precies op de voet van een jongeman die een meter bij me vandaan stond.

Ineens stond een compleet peloton ME - of weet ik veel, een mannetje of 50 - klaar. Waar die nou weer zo plots vandaan kwamen? Dat met die paarden was louter ter intimidatie, dit was de echte aanval. Er volgde een charge van ME-ers, die als een kudde berserkers op de massa injoegen met gummi's en schilden vooruit. Een perfect geplande aanval, waarvoor op een besloten training eindeloos is gerepeteerd. En wat was nou helemaal de aanleiding? Een megafoon, een paar honderd mensen die vreedzaam demonstreren, af en toe een rotje, een klein kraakje, verder niets. We vluchtten snel een steegje in, waarmee het ooggetuigenverslag is beëindigd.

We zaten op een paar honderd meter van de veldslag een biertje te drinken. In de verte zag je zwaailichten en een helikopter vloog laag rond. Toen we teruggingen naar de warzone om te zoeken naar trofeeën, bleek het er stevig aan toe te zijn gegaan. Auto's met kapotte ruiten en krassen, een verfbommetje, traangaspatronen, opengebroken stukjes straat, waar klinkers waren uitgenomen om als munitie te dienen. Ook vonden we de flyer van de demo, die daar bij bosjes lagen. De kop luidde: "Kraken crimineel? Kom ons maar halen!" Was getekend het Actie Comité Amsterdamse Boefjes.