Dat laatste verbaast me eigenlijk nog het meest. Ik weet niet of we in mijn tijd zo bleu waren, zo weinig kritisch, of dat ik zelf gewoon niet zo goed heb opgelet, maar al die klachten over heien naast een examenlokaal, onbegrijpelijke opgaven, surveillantes die met hun naaldhakken op het parket trippelen en meer van die dingen... ik was geloof ik vrij Zen indertijd. Als ik het idee had dat het niet helemaal goed was gegaan dan vond ik dat vooral mijn eigen schuld. Maar ja, ik heb het nu inderdaad over de tijd van 'eigen schuld eerst'.
Ik vond mijn eindexamenjaar zo'n beetje het tofste jaar uit mijn schooltijd. Veel muziek maken, veel volleyballen, heel veel en lang hardlopen om me het idee te geven dat ik toch wat gedaan op dagen dat ik me er niet toe kon zetten me voor te bereiden op de examens, elke ochtend krantenwijk fietsen voor de broodnodige pecunia, veel concertjes langs en veel uitgaan, tsja... Laat ik zeggen dat het me verbaasde dat een klasgenoot op aanraden van zijn ouders was gestopt met korfbal - hij speelde op hoog niveau - om extra veel tijd te kunnen steken in het leren.
Bij het eerste schoolonderzoek was ik zo verstandig geweest om met een vriend vooraf een jointje te roken. Dat leek ons wel een goed idee, want poëzieanalyse - dat vak bestaat vast niet meer - is een stuk makkelijker wanneer je als het ware helemaal een bent met het gedicht. En dat waren we. Ik kreeg godbetert een lichte onvoldoende voor mijn interpretatie van een werkelijk nogal vaag gedicht. Ik houd het tot op de dag van vandaag vol: mijn interpretatie was beter dan die door de hele sectie Nederlands was bedacht, zelfs al was ze in overleg met de dichter zelve tot stand gekomen! Ik zou dit graag nog eens verifiëren. Ik zou graag nog eens zien wat ik heb opgeschreven over het gedicht, en ik zou het gedicht ook graag nog eens lezen. Helaas is dat niet mogelijk.
Ook Duits was niet echt top gegaan. Tijdens het mondeling moest ik in het Duits gaan vertellen wat er in vijftien stuks literatuur zoal aan verhalen stond. Helaas had ik van die lijst twee boeken in gelezen: twee in het Duits gelezen en twee in het Nederlands, en ik had nog twee samenvattingen of zo. In de zogenaamde examenwachtkamer vertelde een mede-leerling me nog even snel wat er in een niet gelezen boek gebeurde. Vooral de diverse relaties en de ontwikkelingen daarin werden me nog even uit de doeken gedaan. Helaas was dit een grap en gingen de eerste vragen van het mondeling over dat boek. Toen ik er na wat Duits gestamel achter kwam dat mijn maat me had genaaid door zijn foutieve informatie kon ik daar de humor wel van inzien, hoe slecht dit ook was voor mijn cijfer. Feitelijk ben ik gered door een hommel die door het open raam naar binnen vloog. Ik deed alsof ik aan totale paniek ten onder ging en docent Zandbergen ging er met zijn liniaal achteraan. Gelukkig was het een taaie hommel en gingen er dankzij hem zeker twee a drie minuten gezwets over boeken in rook op. ik kreeg om de een of andere reden het voordeel van de twijfel: een 5,5. En daar was ik blij mee, niet in het minst vanwege het uiterst hoge rendement van mijn inzet.
De beste eindexamenvraag kreeg ik tijdens het mondeling van mijn - dat mocht toen nog - homofiele leraar aardrijkskunde, Coster. Mijn werkstuk ging over Suriname en een van de vragen die ik moest beantwoorden was met wie meneer Coster het liefst naar bed zou gaan: Bouterse of Brunswijk. Daarop wist ik het antwoord natuurlijk direct!
De leraar geschiedenis rookte trouwens gewoon door tijdens mijn mondeling: ik denk dat LAKS gelijk handen tekort komt om alle klachten überhaupt in behandeling te nemen, mocht zulks anno 2010 nog eens gebeuren. Maar ik ging gewoon licht doorrookt en niet tot enige klacht in staat weg met een 8.
De leraar geschiedenis rookte trouwens gewoon door tijdens mijn mondeling: ik denk dat LAKS gelijk handen tekort komt om alle klachten überhaupt in behandeling te nemen, mocht zulks anno 2010 nog eens gebeuren. Maar ik ging gewoon licht doorrookt en niet tot enige klacht in staat weg met een 8.
Ik was als eindexamenleerling wel een minimumlijertje. Als ik een studie had gekozen waarvoor een goede lijst verplicht was, dan was ik goed de Sjaak geweest. Gelukkig koos ik anders. Ik had voor wiskunde een zeer nipte 4,5 - afgerond een 5 dus: echt uiterst exact genoeg! Ik heb daarom - of was het vanwege een weddenschap? - wiskundeleraar De Leeuw op zijn mond gezoend tijdens de diploma-uitreiking.
Uiteindelijk ben ik dus zonder al te veel lof met een net-niet-pretpakket geslaagd met een keiharde 6,5. Afgerond is dat toch mooi een 7. En ik heb het niet in mijn hoofd gehaald om te klagen over ditjes en datjes... Want ja: eigen schuld eerst!