Nog niet eens zo lang geleden was de girobetaalkaart een veel gebruikt en wettig betaalmiddel. Voor studenten was het een must om er een achter de hand te hebben voor het geval de maand nog niet op was maar je geld wel. Zelfs als je financieel volledig aan je limiet zat kon je je betaalkaart altijd verzilveren, bijvoorbeeld bij Superkees, onze favoriete en dichtstbijzijnde supermarkt. Op die manier had je mooi nog even 300 gulden achter de hand voor noodgevallen, die overigens vrij frequent voorkwamen.
Ook op vakanties was je nergens zonder de betaalkaart. In tegenstelling tot travellercheques konden ze alleen bij een postkantoor worden verzilverd, en postkantoren waren bepaald dun gezaaid. Daardoor gebeurde het dat je uit arren moede van de ene naar de andere kant van Korfu moest liften om er in Korfu city achter te komen dat het een feestdag was, waardoor alle postkantoren waren gesloten en je onverrichter zake, gevolgd door een roedel zwerfhonden en hopende op een lift weer terug sjokte zonder keiharde pegels.
De bank verschafte bij elk setje betaalkaarten een overzicht met de maximale bedragen die je in elk land kon opnemen, het equivalent van 200 of 300 gulden. In Joegoslavië - dat er in 1989 echt niet uitzag of het binnen afzienbare tijd wreed uiteen zou vallen - kon je 200.000 dinar opnemen volgens dat lijstje, dus dat deden we, want je moest het maximale opnemen wilde je niet door geldgebrek eerder dan gepland naar huis. Gemakshalve en logischerwijs gingen we er van uit dat duizend dinar een gulden was. Het viel ons alras op dat eerste, tweede en derde levensbehoeften buitengewoon duur waren. Een brood kostte gerust 15, een stuk kaas 90 gulden. Het leek een dure vakantie te gaan worden. We kwamen er al snel achter dat de dinar sterk gedevalueerd was sinds de laatste druk van het postbankoverzichtje met op te nemen bedragen. Je kon inmiddels 2 miljoen opnemen met een betaalkaart. We hadden veel te weinig opgenomen per kaart, dit kon ons zo een paar dagen vakantie kosten. We voelden ons toch enigszins bestolen, terwijl dat volstrekt niet aan de hand was.
Geld doet soms best raar. In 1990 was in Tsjechoslowakije - dat er toen echt niet uitzag of het binnen afzienbare tijd zou worden gesplitst in twee landen - de zwarte wisselkoers 1 op 15, dus met 100 goed gewisselde guldens kon je een week lang behoorlijk ruig geld uitgeven. Alhoewel dat uitgeven in Praag in die dagen nog knap lastig was. Gelukkig verkochten ze er prachtige reliëfkaarten - Tsjechoslowakije was dé kaartenproducent van het Oostblok - en daar kickte ik behoorlijk op, dus het niet geheel witte geld werd zeker nuttig besteed.
Afgelopen woensdag is de Euro gered. Maar zoals dat gaat bij crises is het de vraag voor hoe lang. Het kan zo maar zijn dat over een jaar, twee jaar, wellicht drie, de Euro het toch niet redt. Dikke kans dat je geld dan pijlsnel niks meer waard is en dat je je spaargeld niet meer kunt verzilveren. Lees de Grote Depressie er maar op na. Mensen met volkstuinen zijn in dit soort situaties sterk in het voordeel. Strategisch ingekocht zaaigoed voorziet nog jaren in de groentebehoefte.
Voor mensen die geen tuin hebben is er nog maar één mogelijkheid: het inslaan van een grote voorraad voedsel in blik. Je geld is nu nog hartstikke veel waard. Ga naar de Aldi en laad de achterbak vol met zo veel mogelijk blikken bruine bonen, gepelde tomaten, champignons, mais, tonijn, gehaktballen (zijn die er in blik?) en meer van die dingen. Zorg ook voor blikken shag en koffie, en een flinke voorraad chocola, want dat worden fantastische ruilmiddelen. En koop ook alvast twee paar extra schoenen, een goede jas, tien onderbroeken: voor hetzelfde geld zit je over twee jaar met een heleboel waardeloos geld waarvoor je niks kunt kopen. En voor de mensen die ondanks de crisis en totaal onverantwoord toch kinderen gaan nemen: koop alvast voor twee jaar luiers, melkpoeder en babyolie. Ja, crisis is vooruitdenken! Zeg niet dat ik het niet gezegd heb.
Ook op vakanties was je nergens zonder de betaalkaart. In tegenstelling tot travellercheques konden ze alleen bij een postkantoor worden verzilverd, en postkantoren waren bepaald dun gezaaid. Daardoor gebeurde het dat je uit arren moede van de ene naar de andere kant van Korfu moest liften om er in Korfu city achter te komen dat het een feestdag was, waardoor alle postkantoren waren gesloten en je onverrichter zake, gevolgd door een roedel zwerfhonden en hopende op een lift weer terug sjokte zonder keiharde pegels.
De bank verschafte bij elk setje betaalkaarten een overzicht met de maximale bedragen die je in elk land kon opnemen, het equivalent van 200 of 300 gulden. In Joegoslavië - dat er in 1989 echt niet uitzag of het binnen afzienbare tijd wreed uiteen zou vallen - kon je 200.000 dinar opnemen volgens dat lijstje, dus dat deden we, want je moest het maximale opnemen wilde je niet door geldgebrek eerder dan gepland naar huis. Gemakshalve en logischerwijs gingen we er van uit dat duizend dinar een gulden was. Het viel ons alras op dat eerste, tweede en derde levensbehoeften buitengewoon duur waren. Een brood kostte gerust 15, een stuk kaas 90 gulden. Het leek een dure vakantie te gaan worden. We kwamen er al snel achter dat de dinar sterk gedevalueerd was sinds de laatste druk van het postbankoverzichtje met op te nemen bedragen. Je kon inmiddels 2 miljoen opnemen met een betaalkaart. We hadden veel te weinig opgenomen per kaart, dit kon ons zo een paar dagen vakantie kosten. We voelden ons toch enigszins bestolen, terwijl dat volstrekt niet aan de hand was.
Geld doet soms best raar. In 1990 was in Tsjechoslowakije - dat er toen echt niet uitzag of het binnen afzienbare tijd zou worden gesplitst in twee landen - de zwarte wisselkoers 1 op 15, dus met 100 goed gewisselde guldens kon je een week lang behoorlijk ruig geld uitgeven. Alhoewel dat uitgeven in Praag in die dagen nog knap lastig was. Gelukkig verkochten ze er prachtige reliëfkaarten - Tsjechoslowakije was dé kaartenproducent van het Oostblok - en daar kickte ik behoorlijk op, dus het niet geheel witte geld werd zeker nuttig besteed.
Afgelopen woensdag is de Euro gered. Maar zoals dat gaat bij crises is het de vraag voor hoe lang. Het kan zo maar zijn dat over een jaar, twee jaar, wellicht drie, de Euro het toch niet redt. Dikke kans dat je geld dan pijlsnel niks meer waard is en dat je je spaargeld niet meer kunt verzilveren. Lees de Grote Depressie er maar op na. Mensen met volkstuinen zijn in dit soort situaties sterk in het voordeel. Strategisch ingekocht zaaigoed voorziet nog jaren in de groentebehoefte.
Voor mensen die geen tuin hebben is er nog maar één mogelijkheid: het inslaan van een grote voorraad voedsel in blik. Je geld is nu nog hartstikke veel waard. Ga naar de Aldi en laad de achterbak vol met zo veel mogelijk blikken bruine bonen, gepelde tomaten, champignons, mais, tonijn, gehaktballen (zijn die er in blik?) en meer van die dingen. Zorg ook voor blikken shag en koffie, en een flinke voorraad chocola, want dat worden fantastische ruilmiddelen. En koop ook alvast twee paar extra schoenen, een goede jas, tien onderbroeken: voor hetzelfde geld zit je over twee jaar met een heleboel waardeloos geld waarvoor je niks kunt kopen. En voor de mensen die ondanks de crisis en totaal onverantwoord toch kinderen gaan nemen: koop alvast voor twee jaar luiers, melkpoeder en babyolie. Ja, crisis is vooruitdenken! Zeg niet dat ik het niet gezegd heb.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten